Reageer op: Verdeling stookkosten met individuele warmtemeters

#127973
Rob
Deelnemer

    In dit topic laat ik allerlei uitspraken zien waarin de rechter zich uitspreekt over de verdeling van warmtekosten in een VvE met blokververwarming.

    Dat jij van mening bent dat ik niet veel van stookkosten zou snappen vind ik prima.
    Die “constatering” is echter geen antwoord op mijn vraag.
    Ik ben nog steeds nieuwsgierig waar volgens jou is vastgelegd dat de variabele kosten op basis van werkelijk verbruik dus mbv individuele meters MOET plaatsvinden.

    Uit de kwestie 2019 nogmaals het citaat van het gerechtshof Amsterdam:
    ” 3.5.3
    Aan het voorgaande kan niet afdoen het betoog van de VvE dat het Modelreglement 1992, waarop het splitsingsreglement is gebaseerd, erop is gericht een zo redelijk mogelijke verdeling van kosten over de appartementseigenaars te bewerkstelligen naar de stand van de techniek op dat moment, terwijl de huidige stand van de techniek mogelijk maakt de stookkosten om te slaan over de appartementseigenaars naar rato van hun daadwerkelijke gebruik. Dat betoog kan wel een rol spelen bij de beoordeling van de redelijkheid van een eventueel besluit tot wijziging van de hiervoor genoemde artikelen van het splitsingsreglement in het kader van de invoering van een nieuw afrekensysteem, maar is onvoldoende om de mogelijkheid van een ander afrekensysteem in het bestaande splitsingsreglement in te lezen, nu het reglement zelf voor een dergelijke dynamische uitleg te weinig aanknopingspunten biedt. De rechtszekerheid vergt dat voor de vaststelling van het afrekensysteem voor deze stookkosten slechts acht wordt geslagen op gegevens die voor derden uit of aan de hand van de in de openbare registers ingeschreven splitsingsstukken kenbaar zijn. In zoverre faalt grief 2.

    3.5.4
    Het beroep van de VvE op de beperkende werking van de redelijkheid en billijkheid faalt eveneens. Ook als ervan wordt uitgegaan dat de standen van de warmtemeters een juiste indicatie geven van de hoeveelheid warmte die in het appartement van Jomo is gebruikt (hetgeen Jomo betwist), moet worden geoordeeld dat het niet onaanvaardbaar is dat Jomo minder betaalt dan de kosten van haar daadwerkelijke gebruik. Dat is immers het rechtstreekse en voorzienbare gevolg van de in artikel 2 van het splitsingsreglement gemaakte keuze. In dat artikel is de wijze van omslaan van de totale stookkosten neergelegd op een voor alle (bestaande en toekomstige) appartementseigenaars kenbare, inzichtelijke en bindende wijze. Daarbij komt dat de wet de mogelijkheid biedt het splitsingsreglement voor de toekomst te wijzigen als daarvoor goede gronden bestaan, bijvoorbeeld omdat de gevolgen van de huidige afrekeningswijze te knellend zijn.”